Interview | Anne Tauber, de vrolijkste spring-in-‘t-veld uit het mtb- en schaatspeloton

Door Jan Geys -

  • Sport

Interview | Anne Tauber, de vrolijkste spring-in-‘t-veld uit het mtb- en schaatspeloton

Wanneer je in de paddocks rondwandelt en Anne Tauber even gade zou slaan, dan zul je al snel merken dat Taubertje geniet van de omgeving en het leven dat ze leidt. En dat mag gerust op duizenden kilometers van de Nederlandse polders zijn waar ze opgroeide. Tauber is een vrolijke spring-in-‘t-veld die ook nog eens geweldige resultaten neerzet op de mountainbike, laten we dat vooral niet vergeten! Hoog tijd dus om eens bij te kletsen.

Even ter opfrissing, vorig seizoen kwam Anne Tauber met een derde plaats in de World Cup van Stellenbosch als een komeet binnen in de elitecategorie. Volgden nog een derde plaats in Albstadt, een vierde in Vallnord en een vijfde in Mont-Sainte-Anne, om het enkel bij de podia in de wereldbekers te houden. En dan mogen we de zesde plaats op het EK en de zevende stek op het WK niet vergeten. Een straf lijstje dat ook weer niet helemaal verrassend kwam, want ook bij de beloften draaide Anne al steengoed mee.

Anne, je gaf vorig jaar meteen je visitekaartje af door enkele podia bij elkaar te rijden. Hoe kijk je daarop terug en hoe reageerde de concurrentie?

Sommige meiden hadden op voorhand wel wat verwachtingen, dus het was niet voor iedereen een verrassing. Maar dat het in Stellenbosch meteen een podium zou zijn, hadden er niet veel gedacht. Ook ik niet, want ik had geen idee waar ik zou staan. Ik kwam net uit het winterseizoen en ik kon me wel meten aan mijn concurrentes in het schaatsen, maar dat zegt niets over de vorm van je concurrentes in het mountainbiken. Toen ik derde werd in Stellenbosch bleek die vorm goed te zijn. Er gaapte echter flink wat tijd tussen de eerste twee wereldbekers en toen ook Albstadt weer goed ging, was ik vooral blij en opgelucht, want er zijn ook eendagsvliegen.

Een eendagsvlieg ben je duidelijk niet is al gebleken, maar op de verrassing spelen wordt wel moeilijker dit seizoen.

Ja, jammer. Alhoewel het me eigenlijk niet veel uitmaakt wat anderen van me denken, ik rijd steeds mijn eigen wedstrijd en stel doelen voor mezelf. En dat hoeft niet meteen een goed resultaat te zijn. Het kan evengoed betekenen dat ik op een bepaalde manier wil rijden, of dat ik me focus op een goede start of eerder op een goede indeling van mijn wedstrijd. Dat zijn de basispunten waar ik mee bezig ben. Het tactische komt pas later en hangt meer van de omstandigheden af. In spannende wedstrijden, zoals vorig jaar, wordt het tijdens de wedstrijd alsmaar tactischer. Dat is totaal verschillend met het schaatsen waar je al op voorhand je tactiek maakt, omdat je weet die of die is daarin sterk of net niet.

Ook in het schaatsen loopt het lekker. Op je 23 prijkt je naam al op de erelijst van de (alternatieve) Elfstedentocht …

Ik was pas één toen de laatste Elfstedentocht werd geschaatst, dus daar heb ik geen herinneringen aan. De Alternatieve Elfstedentocht mag dan misschien niet de echte zijn, maar het is wel een hele eer om mijn naam nu op het bord met al de winnaars te zien staan. Het is toch nog steeds één van de belangrijkste schaatswedstrijden op de kalender. Het is ook leuk dat er na afloop een feestje is met alle toerrijders en waar je als winnaar op het podium wordt verwacht. Dat geeft een Elfstedengevoel, al is de wedstrijd op zich lang niet hetzelfde. Ik kan me perfect voorstellen dat je in de echte Elfstedentocht in het donker niet weet waar je bent en dat je verzorgers je door de drukte missen, met alle gevolgen van dien. Tijdens de Alternatieve Elfstedentocht draaien we rondjes op de Weissensee wat de verzorging heel wat makkelijker maakt. En als de wind slecht staat in de echte, mag je ook nog eens lang tegen de wind in schaatsen. Lijkt me heel zwaar.

Wat zou je doen moest er morgen een echte Elfstedentocht aangekondigd worden?

Dan zou ik niet twijfelen en deelnemen. Het zou ook meteen mijn belangrijkste doel worden. Door de seizoenen zal ik alvast nooit moeten kiezen tussen een WK MTB en een Elfstedentocht, gelukkig maar. Allebei zijn ze heel leuk om doen.

Train je tijdens het winterseizoen nog wel op de fiets?

Schaatsen kun je niet elke dag. Een schaatstraining voel je tot diep in je spieren. Je zou het kunnen vergelijken met een krachttraining, je zet veel af op één been en oefent dus veel kracht uit op dat been. Als je anderhalf uur traint op het ijs ben je stikkapot. Wekelijks train ik dan ook maar een of twee dagen op het ijs, de rest op de fiets. En ik vind het fijn dat er niet veel uren kruipen in de schaatstrainingen, ook voor de Weissensee niet. Het is gewoon niet leuk om vijf of zes uur rondjes te draaien. Maximaal doe ik eens een schaatstraining van drie uur en voor de rest train ik mijn uithouding op de fiets. De wedstrijd zelf (de afstand van de Alternatieve Elfstedentocht bedraagt 200 kilometer, nvdr) is het even doorbijten om total loss te finishen.

Van het marathonschaatsen naar mountainbikemarathons lijkt een kleine stap?

Bart (Brentjens, de teammanager van Anne, nvdr) heeft ook al gevraagd of ik het niet leuk zou vinden om een keertje deel te nemen aan de Cape Epic. Maar dat lijkt me enkel en alleen puur afzien. Ik vind het net leuk om te kunnen spelen met de bike, om te oefenen tot je een parkoers perfect kunt rijden. Het is heerlijk om op pad te gaan om je techniek aan te scherpen. Sinds dit jaar krijg ik daarbij de hulp van Kjell van den Boogert die veel ervaring heeft met enduro. Je voelt zelf wel of een timing aan de late kant is, maar Kjell is iemand die ik helemaal vertrouw en die een lijn kan voordoen of me zegt dat iets helemaal niet kan. Thuis in Nederland train ik eerder op de racefiets en mijn techniektrainingen doe ik vaak in het buitenland. Dan film ik wat ik doe, wat ik dan weer analyseer.

De naam Bart Brentjens viel al, je teammanager bij CST. Hij is de allereerste olympische kampioen uit de geschiedenis. Een plus met het oog op Tokio 2020 waar je kans maakt op een medaille?

Ik ben zelf nog niet veel met Tokio bezig, maar het team leeft er wel heel erg naartoe. Ik focus me liever op het hier en nu. Of het nu een WK, wereldbeker of Hors categorie wedstrijd is, ik laad me voor elke wedstrijd 100% op en de spanning die ik voel is altijd hetzelfde. Ik wil altijd volle bak fietsen en winnen, ook al lukt dat niet altijd, maar ik ga niet op voorhand zeggen dat het niet zal lukken. Natuurlijk zal ik van zodra ik naar de Spelen mag er ook wel naartoe leven, want het is aan de andere kant ook wel een droom die uitkomt. Maar ik vind het niet zo’n fijne insteek om enkel daarop te focussen, want er is toch meer? Hoeveel Spelen kun je meemaken in een carrière? Je kan ook pech hebben en niet geplaatst zijn voor de Spelen. Je moet plezier hebben in wat je nu doet, vind ik!

Je straalt dat vrolijke ook altijd uit, je lijkt nooit te balen?

Toch wel hoor, ik ben niet snel tevreden. Zo was het Europees kampioenschap in Glasgow (waar ze zesde werd, nvdr) een flinke tegenvaller. Ik had net daarvoor mijn pink gebroken en dat was mijn eerste ervaring met een blessure. Ook al was die blessure klein, toch had ik veel pijn en kostte ze veel energie. Ik moest een brace dragen, maar wilde koste wat het kost doortrainen, wat nog meer energie vergde. Harder trainen was achteraf gezien niet de beste keuze. In die periode had ik veel contact met Bart (Brentjens, nvdr) om oplossingen te zoeken, maar ook voor het team was dit nieuw. Ze herkenden me die periode niet meer. Niemand kon me helpen en toen had ik wel een mentaal dipje.

Stilzitten en rusten is niet je sterkste kant?

Nee, ik kan niet stilzitten. Na een winter schaatsen zeg ik steeds dat ik het twee weken heel rustig aan ga doen en dan lukt dat een paar dagen. Op de bank een film kijken is niets voor mij. Ze zeggen dat je kampioen wordt door te rusten in bed, maar dat lukt mij niet. Ik probeer eraan te werken, maar ik heb gewoon heel veel energie. Het is zo dat ik in het sporten ben gerold. Ik was een slechte leerlinge en had moeite om me te concentreren in de klas, maar op school kregen we af en toe schaatsles, heel Hollands, zoals op bijna alle scholen trouwens. Ik vond het leuk en de meester zag dat ik veel energie had en na het schaatsen lukte het me ook beter om me te concentreren in de klas. En toen kreeg ik het advies om sportschool te gaan volgen. Om die reden ben ik dan met mijn familie van Haarlem naar Heerenveen in Friesland verhuisd om de topsportschool te volgen en waar ik opgenomen werd in de Friese schaatsselectie.

Koken helpt misschien ook om te ontspannen, op je blog schotel je ons de heerlijkste sporterskost voor …

Ik ben heel culinair opgevoed, mijn ouders zijn echte bourgondiërs. Helemaal het omgekeerde met hoe je als sporter zou moeten eten en waar je als sporter energie uithaalt, maar net dat vind ik interessant. Hoe je een tussenweg moet vinden tussen hoe je opgevoed bent en hoe je als sporter gezond moet eten om voldoende energie uit je voeding te halen. En zo ontdek je supergezonde producten die toch smaakvol zijn. In elke cultuur waar ik door de sport kom, zit wel iets van voeding wat ik lekker vindt. En dat probeer ik via mijn blog te delen (check zeker Anne’s website en haar blog Sporterskost in het bijzonder).

Tijdens een druk seizoen vond je ook nog de tijd om met de MTBGirls een oproep te lanceren om meer vrouwen op de fiets te krijgen …

Samen met onder meer Emily Batty en Jolanda Neff hebben we dit zelf in gang gestoken en gefinancierd, zonder enige vorm van sponsoring. Dat leek ons de beste manier om onze boodschap over te brengen (je kan het filmpje hier herbekijken: www.vojomag.nl/video/mtbgirls-go-out-and-ride-your-bike). Onze bedoeling was om te tonen wie we zijn en wat mountainbiken voor vrouwen inhoudt. We zijn stoere meiden die hetzelfde parkoers afleggen als de mannen, maar we blijven meiden. En dat wilden we laten zien. We zijn meiden met verschillende achtergronden die jonge meisjes willen inspireren om hetzelfde te doen, om ook eens buiten te gaan proberen en niet binnen te blijven zitten. Je maakt gewoon veel meer mee. Het is avontuurlijk, je zit in de natuur en je daagt jezelf uit en ziet veel van de wereld. Ik denk vaak, dit pakken ze me nooit meer af. Het is ook niet te zwaar of te eng of te spannend, het is net stoer en uitdagend en het houdt je scherp. Het zou leuk zijn om opnieuw zo’n filmpje te maken en wie weet volgt er op een dag wel een klein merkje MTBGirls, met een eigen world cup-standje …

Je bent zelf ook ooit van nul moeten beginnen in het mountainbiken, een leuke anecdote om af te sluiten …

Toen ik nog enkel schaatste, ging ik op vakantie weleens fietsen met mijn vader. Zo herinner ik me dat we in Zwitserland eens een family trail volgden die helemaal niet technisch was, en waar wij stonden te kijken van “hoe moeten we hier nu afrijden?” En dan passeert daar plots een familie met mini-kinderen en een picknick op de rug die die trail gewoon afrijden. Wij stonden er met open mond naar te kijken (lacht) …

DoorJan Geys