Ontdekking | Negatieve Everesting in Les 2 Alpes

Door Jeffry Goethals -

  • Natuur

Ontdekking | Negatieve Everesting in Les 2 Alpes

Tijdens de lockdown kwam een extreme vorm van hoogtemeters verzamelen prominent in beeld. Bij een “Everesting” probeert men, door eenzelfde helling tig keer op te rijden, 8848 meter te klimmen. Er zijn ondertussen (redelijk) normale mensen die reeds een dubbele op hun palmares hebben staan en er zijn er die het indoor of zelfs op de hoogste duin van België (537x) hebben gedaan. Wij keken met bewondering, soms met verstomming, naar deze prestaties, maar stonden niet echt te springen om dit ook te proberen. Maar wat als … we dat nu eens bergaf gingen doen.

Als mountainbiker rij je normaal gezien zowel de berg naar boven als naar beneden. Elk heeft zijn charme en wordt best gecombineerd met een prachtig uitzicht. Zo heb je bij het overwinnen van positieve hoogtemeters vooral de fysieke en mentale uitdaging, bij het dalen overheerst dan weer het plezier van de techniek en de adrenaline van de snelheid. Uw testpiloot/auteur in kwestie rijdt zo’n 150 000 tot 200 000 positieve hoogtemeters per jaar, en kan dus wel wat bergop rijden, maar “ik” rij toch vooral bergop om lekker bergaf te kunnen raggen.

Het idee was dus om (minstens) 8848 negatieve hoogtemeters te verzamelen op één en dezelfde technische offroad afdaling. We gingen er eigenlijk van uit dat dit fysiek geen probleem zou mogen zijn, hoewel … de lichamelijke inspanning van af te dalen wordt dikwijls onderschat. Enerzijds moeten je spieren en gewrichten veel meer krachten en impacts verwerken dan bij het klimmen en anderzijds kan je hartslag ook, als je vol doorgaat, tot naar of over je overslagpols stijgen. In België of Nederland duurt een afdaling op zijn best maar een dikke vijf minuten, maar als je 20 minuten of meer aan een stuk naar beneden knalt dan kan de verzuring, net als bij een stevige klim, eveneens rond je oren spuiten.

Daarnaast hadden we wel een beetje schrik voor het mentale aspect. Hoe zou het ons afgaan met de concentratie en daarbijkomend, het vermijden van valpartijen. Bij een positieve Everesting is het vooral een kwestie van de knop omdraaien, blijven doorzetten en de verveling tegengaan. Bij een negatieve op een brute downhillpiste moet je natuurlijk ook volhouden, maar hier kan een moment van mentaal verzuim veel desastreuzere gevolgen hebben.

Als laatste hoofdrolspeler is er vanzelfsprekend de fiets. De kans op materiaalpech is veel groter bij afdalen dan bij klimmen. Een lekke band, een deuk in de velg, een afgebroken derailleur, remmen die beginnen lekken, een vork of demper die het begeeft, … echt alles kan uiteindelijk kapot gaan. Zoals je later zult kunnen lezen, kozen we bij een aantal onderdelen bewust voor duurzaamheid en hadden we reeds genoeg (wedstrijd)uren gemaakt op de fiets zelf zodat we die echt wel gewoon waren. We waren ook specifiek geïnteresseerd in de slijtage van de banden en remblokken. Uit ervaring weten we dat een paar dagen shredden in een bike park in de Alpen of een weekje shuttelen in Finale Ligure, een serieuze aanslag zijn op je noppen en pads.

De locatie

Recordpogingen daar doen we niet aan mee, voor ons was deze negatieve “Everesting” vooral een beleving, avontuur en een proefproject voor mens en machine. We gingen dus eigenlijk gewoon een stevig dagje downhillen. Maar we probeerden toch enigszins de regels van het spel te volgen en dit te doen op één en dezelfde lange technische afdaling. We zochten dus naar een aaneenschakeling van trails en downhillpistes waarmee we in één stuk veel negatieve meters konden verzamelen en waar we ook makkelijk met een “lift” terug omhoog konden.

Uw auteur heeft een speciale band met het skistation Les Deux Alpes. Het is ondertussen meer dan 10 jaar geleden dat ik er voor het eerst was en er voor de eerste keer op een downhill- en endurofiets reed. Daarna keerde ik er regelmatig terug om deel te nemen aan de befaamde Mountain of Hell. De sfeer in het station is uniek en er heerst een gemoedelijke reggae en surf vibe, terwijl er altijd wel ergens een après-bike feestje is te vinden. Ik ken er ondertussen de mensen van de toeristische dienst, de hotels en de lokale MTB-vereniging. Bovendien ben ik goed vertrouwd met de structuur van de liften en de trails. Allemaal zaken die helpen om zonder veel poespas de negatieve Everesting gewoon te doen.

Praktisch sprak het parcours eigenlijk voor zichzelf. Via de Jandri telecabine kan je vanuit het dorp (1650 meter hoog) tot aan de voet van de gletsjer (3200 meter) stijgen en daarna kun je integraal het kamikaze parcours van de Mountain of Hell volgen. Op het einde kan je doorsteken naar het lager gelegen pittoresk plaatsje Venosc dat op 900 meter ligt (via de gekende rode afdaling, niet via het wandelpad dat alleen toegankelijk is voor de wedstrijd). Maar onze focus lag om te beginnen op het stuk tussen de gletsjer en Les Deux Alpes.

Het oorspronkelijke plan was om onze “poging” een paar dagen na de Mountain of Hell zelf te rijden. Dit is in begin juli, waar de dagen lang zijn en de trails van het Bike Park nog niet kapot zijn gereden en vol liggen met remputten. Alleen kenmerkte die periode van 2021 zich door overvloedige regenval in de Alpen, waardoor we besloten om het uit te stellen naar eind augustus (uiteindelijk de allerlaatste dag dat het station open was voor mountainbikers). Dit had een aantal ingrijpende gevolgen: aan de ene kant moest ik het nu volledig alleen doen in plaats van met een metgezel en had ik ook tussenin geen assistentie. Aan de andere kant gingen remputten nu zeker een prominente rol spelen en werd het al tegen half acht ‘s avonds donker.

Daags voordien testten we alvast ons parcours, en het bleek dat het ongeveer een half uur dalen en een half uur stijgen was. Dat betekende dat tijdens de openingsuren van de Jandri (tussen 9u en 17u) er maximaal 8 runs (en dus bijna 13 000 meters in ongeveer 4 uur effectief afdalen) konden worden gedaan. De telecabine van Venosc gaat door tot 21u en daar hadden we uitgerekend dat we hier in die laatste uren daglicht in het beste geval nog één uur naar beneden konden kletteren om er zo nog een kleine 2000 meters bij doen. Tijd genoeg om het kruis op te nemen!

De fiets

Voor deze onderneming werd een Rocky Mountain Altitude, met 170mm veerweg voor en 160mm veerweg achter, ter beschikking gesteld. Het topmodel (in carbon met een XTR-groep en Fox Kashima-vering) hadden we met de specifieke kenmerken van onze uitstap in het achterhoofd nog op een aantal punten aangepast.

Allereerst … de remmen! Aangezien we (te) veel gingen remmen – door vermoeidheid hang je immers voortdurend in de ankers – leek het ons aangewezen om te kunnen betrouwen op stopkracht die ons niet in de steek zou laten. We kozen voor de TRP DH-R Evo’s, waar je hier de test van kunt lezen. Kenmerkend zijn de grote (223 mm) en dikke (2,3 mm) schijven met calipers die speciaal zijn ontworpen om extreme warmte te verwerken. De TRP’s zijn gebaseerd op minerale olie waardoor we, in geval van brokken, makkelijk met onderdelen van onze standaard Shimano-remmen kunnen uitwisselen. We kozen voor de “blauwe” remblokken van TRP. Die zijn voorzien van een Performance Resin compound die weinig nood heeft aan inrijden, goed moduleerbaar is en goed tegen de hitte kan.

Vervolgens de wiel/band combinatie. We keken op voorhand grondig de spaakspanning na van de standaardwielen van de Altitude (d.i. de Race Face Turbine R wielset) en monteerden vervolgens de Hutchinson Griffus 2.5 in Race Lab versie met Cushcore inserts. De Franse bandenfabrikant heeft deze band ontwikkelt met het oog op “privateer” enduro wedstrijdrijders. Die moet dus naast veel grip bieden ook voldoende betrouwbaar en duurzaam zijn. De keuze voor Cushcore maakten we vooral voor het vibratie verminderende effect, het beschermen van onze velg bij een lomp rotscontact en omdat we in geval van lekrijden (rustig) kunnen doorrijden tot beneden om daar alles rustig en goed te kunnen herstellen.

De Rocky Mountain Altitude heeft via zijn RIDE 9 systeem en een flip chip in de achtertrein de mogelijkheid om de geometrie en het rijgedrag van de fiets op maar liefst 18 verschillende manieren aan te passen. Voor onze poging kozen we stand 7 (van negen) qua “slackheid” en de lange wielbasis. Dit zorgde vooral voor een stabiele fiets. We hadden het voornemen om te dalen op cruise snelheid (75-80%). Niet op maximale snelheid! Hierbij zouden we trouwens voor de korte wielbasis kiezen, voor meer wendbaarheid.

E- Day

De dag begon vroeg, heel vroeg zelfs … want reeds om 8u ‘s morgens stonden we boven te turen naar een prachtig uitzicht met in de verte de Mont Blanc. De toeristische dienst van Les Deux Alpes had ervoor gezorgd dat ik reeds om 7u30 omhoog kon. Ze hebben met andere woorden speciaal voor ons alle medewerkers van de lift een uur vroeger doen opstarten. Merci beaucoup!

Het was er koud, de thermometer op mijn Garmin wees -3°C aan en dat heb ik de eerste honderden meters in het maandlandschap aan den lijve mogen ondervinden. Ik rilde van de kou en mijn handen bevroren. Op dit eerste stuk ligt in juni/juli nog een gletsjer en je bent er normaal heel snel vanaf, maar nu was alle sneeuw weggesmolten en was het kronkelen, rammelen en opletten doorheen de scherpe stenen.

Verderop kom je, na een kort pittig klimmetje (op meer dan 3000 meter hoogte trekt elke positieve hoogtemeter je longen trouwens helemaal open), op de Belle Etoile waar er ook tijdens de wedstrijd geen sneeuw meer ligt. Hier word je de ene tafeljump na de andere voorgeschoteld. Het komt van pas dat ik gewoon ben om hier niet te gek te doen, want in normale omstandigheden moet ik hier de adrenaline van de gletsjer en het acute zuurstof tekort van het klimmetje verwerken. Maar even van de grond gaan doen we wel natuurlijk!

Op 2800 meter (waar de Jandri eerst stopt vooraleer door te gaan naar 3200 meter) zit er nog een klein stukje omhoog om dan de met grote rotsen en talrijke stenen bezaaide Rocky Line aan te vatten. Hier is het vol concentreren om een valpartij of een lekke band te vermijden.

Verderop is er een grote brede 4×4 piste die de doorsteek moet maken van de hoger gelegen pistes, naar de lagere meer bosrijke en smallere trails. Hier verlies ik zowel bij het stijgen (de Jandri moet een groot stuk horizontaal verplaatsen) als het dalen het meeste tijd in verhouding met de hoogtemeters. Maar het is in het dalen een welgekomen rustpauze en bovenal zijn 1600 hoogtemeters in één uur best veel. Een positieve Everester kan van dit aantal alleen maar dromen!

Het laatste stuk, waar we beginnen met de Bike Patrollers, is het leukste, want hier draaien en keren we meer. In de Red Line  zit er wel een strook met enkele heel krappe en steile bochten, waar ik me telkens mentaal voor moet opladen. Hier valt het mij op dat er enorm veel meer remputten zijn dan in begin juli. Het is de laatste dag van het Bike Park en het is er aan te zien.

Het is nu net na 9 uur. Na iets meer dan een uur onderweg, sta ik terug beneden en steek ik direct door voor de tweede run. Deze loopt een stukje vlotter en ik duik onder het uur.  Run 3 kondigt zich aan en het is de bedoeling om die opnieuw net onder het uur te doen. We zouden daarmee voor de middag aan bijna 5000 negatieve hoogtemeters zitten …

… maar de gondola stopt abrupt in het midden van het traject, probeert een paar keer terug te vertrekken om dan meer dan één uur stil te hangen. Ik vul mijn tijd met te eten en sluit de ogen om in gedachten het verdere verloop van de dag in te beelden. Concreet betekent deze panne, indien ik mijn tempo kan vasthouden, dat er geen 9 runs maar slechts 8 mogelijk zullen zijn op de Jandri. De run die ik heb gewonnen door vroeger te kunnen starten, verlies ik nu. Ik maak me er op zich niet zo druk in, want ik zit goed op schema, voel me goed en ben er zeker van dat ik op deze dag makkelijk één Mount Everest naar beneden ga kunnen rijden.

Onbewust echter, speelt de verloren tijd wel in mijn hoofd, want ik ga net iets harder naar beneden dan voorheen en in die strook met krappe bochten waar ik net van sprak gaat mijn achterband van de velg (ja dat kan ook met een Cushcore). Ik rol langzaam binnen en kan met mijn Schwalbe Tire Booster makkelijk de band weer doen ploppen. Ik besluit dat ik van dit moment gebruik maak om mijn lunch te verorberen en in die tijd te zien of mijn band hard blijft (wat ook zo was).

Deze keer besluit een spaak uit mijn achterwiel het te begeven. Ik rij onmiddellijk heel behoedzaam verder en besluit beneden om direct mijn reservewiel te steken

We zitten ondertussen in het begin van de namiddag en tijdens run 4 ging de Jandri weer zoals van tevoren, maar opnieuw verlies ik tijd in de afdaling. Deze keer besluit een spaak uit mijn achterwiel het te begeven. Ik rij onmiddellijk heel behoedzaam verder en besluit beneden om direct mijn reservewiel te steken. Herstellen zou mij te veel “flow” kosten, de tijd kon mij op zich niet zo veel schelen, maar ik had vooral steeds meer plezier in de afdaling en wou zo snel mogelijk terug de lift op. Ik besloot wel om geen risico’s meer te pakken en koos nu definitief voor de chicken way naast het stukje met de steile bochten.

Run 5 en 6 gingen fantastisch. Hoewel mijn onderarmen wat pijnlijk voelden tijdens de eerste stroken, reed ik hier mijn snelste tijden. Ondertussen was ik van de top van de hoogste berg van de wereld helemaal terug op zeeniveau geraakt. Everesting? Check! Ik keek even de staat van mijn remblokken na en die zagen er ook nog goed uit, dus ik vertrok onmiddellijk voor run 7. Hierbij duurde het veel langer eer de pijn uit mijn onderarmen verdween, maar op zich had het geen invloed op mijn tijd.

Ik wist ondertussen elke steen en remput liggen, wist perfect hoe ik de bochten moest aansnijden zodat ik hiermee mijn lichamelijke vermoeidheid kon compenseren. Daar waar ik initieel schrik had voor het verlies aan concentratie, moet ik zeggen dat het allemaal best meeviel. Ik kon makkelijk mijn focus houden tijdens de afdaling, kwam nooit in de problemen door een stuurfout en begon altijd fris en monter aan de volgende run. Ik begon me wel stilaan te vervelen in de lift en mijn spieren koelden ook telkens opnieuw af.

Run 8 werd enigszins onverwacht maar overduidelijk ook … de laatste. De pijn in mijn onderarmen was niet meer te harden, verdween niet meer en zorgde ervoor dat ik heeeeel veel trager moest rijden om veilig beneden te geraken. Het was hier dat ik voelde dat doorduwen geen nut meer had. Fysiek kun je de pijn wel verbijten en het feit dat je trager rijdt is op zich niet erg, maar de risico’s op een valpartij namen exponentieel toe en het plezier van het afdalen was volledig weg.

Ik kon in theorie en buiten mijzelf gerekend zeker nog doorgaan op de Venosc. De banden zagen er nog uitzonderlijk goed uit, de remblokken begonnen wat dunner te worden maar zouden zeker de rest van de dag uitzingen en de veringen waren nog altijd boterzacht en klaar voor nog zeker duizend remputten.

Ik hing voortdurend zwaar in de remmen (en die TRP’s gaven ook nu geen krimp) en deed meer dan 45 minuten over de laatste afdaling. Er was geen tijd meer op de Jandri, het was ondertussen na 17u. Ik kon in theorie en buiten mijzelf gerekend zeker nog doorgaan op de Venosc. De banden zagen er nog uitzonderlijk goed uit, de remblokken begonnen wat dunner te worden maar zouden zeker de rest van de dag uitzingen en de veringen waren nog altijd boterzacht en klaar voor nog zeker duizend remputten.

Ik vond het dus na 8 runs, net geen 10u onderweg en bijna 13 000 meter af te dalen genoeg geweest. De fietst heeft het, op een halve lekke band en één spaak na, uitstekend gehouden. Het gekozen traject was in de praktijk schitterend en gevarieerd, maar de slechte staat van sommige stukken heeft me fysiek de das omgedaan. Uiteindelijk was een recordpoging nooit de bedoeling, maar wel om een dagje lekker te downhillen en maximaal te profiteren van de trails, het landschap, het rijden zelf … ik doe het zeker ooit nog eens opnieuw, maar dan vroeger in het seizoen en in gezelschap. Wie komt er mee?

Foto’s zonder watermerk: Pyrene Duffau

Je kunt je nog steeds inschrijven voor de Mountain of Hell die dit jaar doorgaat van 24 tot 26 juni.
Meer informatie over het zomerprogramma van het station vind je hier: www.les2alpes.com

Komoot – Jouw route naar avontuur. Komoot is een app voor het vinden, plannen en delen van avonturen. Gedreven door het verlangen om de wereld te verkennen en met behulp van aanbevelingen van vele outdoorliefhebbers, is het hun missie om unieke avonturen te inspireren en voor iedereen mogelijk te maken.

DoorJeffry Goethals